Page Title

Publicaties

Om de transparantie en informatieverstrekking te bevorderen, publiceert het FPB regelmatig de methoden en resultaten van zijn werkzaamheden. De publicaties verschijnen in verschillende reeksen, zoals de Vooruitzichten, de Working Papers en de Planning Papers. Sommige rapporten kunnen ook hier geraadpleegd worden, evenals de nieuwsbrieven van de Short Term Update die tot 2015 werden gepubliceerd. U kunt op thema, publicatietype, auteur en jaar zoeken.

Economische vooruitzichten 2016-2021 - Versie van maart 2016 [ Economic outlook 2016-2021 - March 2016 - ]

Dit rapport vormt een bijdrage tot de voorbereiding van het nieuwe Stabiliteitsprogramma en van het nieuwe Nationaal Hervormingsprogramma (NHP). Het vermeldt de voornaamste resultaten van een voorlopige versie van de ‘Economische vooruitzichten 2016-2021’ die in mei 2016 gepubliceerd zullen worden.

  Auteurs

Gemeenschappelijke publicatie
 
A : Auteur, C : Contribuant

  Publicatietype

Vooruitzichten

De vooruitzichten presenteren de toekomstige evoluties in België, zowel in socio-economische, budgettaire en energiedomeinen als voor de transportvraag.

Dit rapport draagt bij tot de voorbereiding van het nieuwe stabiliteitsprogramma en van het nieuwe nationaal hervormingsprogramma. Het beschrijft de voornaamste hypothesen en resultaten van de voorlopige versie van de ‘Economische vooruitzichten 2016-2021’. De definitieve versie van die vooruitzichten zal in mei 2016 gepubliceerd worden.

De projectie is opgesteld bij ongewijzigd beleid en ongewijzigde wetgeving. Ze houdt rekening met de belangrijkste informatie inzake overheidsontvangsten en -uitgaven die gekend was op 14 maart 2016. De cijfers werden op 21 maart goedgekeurd door de raad van bestuur van het Instituut voor de Nationale Rekeningen (INR). De maatregelen van de op dat moment nog niet afgelopen begrotingscontrole konden dan ook niet in rekening worden gebracht. De projectie houdt evenmin rekening met de mogelijke gevolgen op de Belgische economie van de aanslagen van 22 maart in Brussel.

De vooruitzichten voor 2016 stemmen in grote mate overeen met die van de Economische begroting 2016, die het FPB op 11 februari publiceerde. Niettemin werden die vooruitzichten aangepast om rekening te houden met meer recente ontwikkelingen (voor wat betreft de financiële variabelen) en met bijkomende informatie op het vlak van de overheidsfinanciën. De bbp-groeihypothesen voor de handelspartners van België in 2016 en 2017 zijn gebaseerd op consensusvooruitzichten (Consensus Economics), terwijl voor de periode 2018-2021 gebruik werd gemaakt van de IMF-vooruitzichten van oktober 2015.

De bbp-groei in de eurozone zou dit jaar aantrekken tot 1,7% (t.o.v. 1,5% in 2015) en dat tempo handhaven in 2017, gestimuleerd door de daling van de energieprijzen en door een soepel monetair beleid. Voor de periode 2018-2021 wordt een stabiele bbp-groei van jaarlijks 1,6% verwacht. De (momenteel negatieve) output gap zou geleidelijk gedicht worden.

De Belgische economie groeide in 2015 met 1,4% net iets sterker dan in 2014, wat te danken was aan een dynamische particuliere consumptie. Door de tragere consumptiegroei van de particulieren en van de overheid zou de bbp-groei in 2016 beperkt blijven tot 1,2%. De groei van de buitenlandse afzetmarkten van België zou in 2016 nauwelijks aantrekken. Niettemin doet de gunstige ontwikkeling van de binnenlandse kosten, die een rechtstreeks gevolg is van de maatregelen gericht op het beperken van de arbeidskosten, de uitvoergroei aantrekken. De Belgische economische groei zou hernemen tot 1,5% in 2017 en 1,6% in 2018 en jaarlijks 1,5% bedragen in de periode 2019-2021. Dat relatief stabiele profiel is in lijn met de evolutie van de Europese groei en met de daaruit resulterende uitvoermogelijkheden. De output gap (die in 2013 nog -1,6% bedroeg) zou verkleinen en in 2020-2021 op ongeveer nul uitkomen. De berekening van de output gap voor België is rechtstreeks afgeleid van een raming van de potentiële groei. Die is gebaseerd op de referentiemethode van de Europese Unie, maar wordt toegepast op basis van de statistische concepten en het projectiekader die eigen zijn aan de nationale macro-economische modellen van het FPB.

Na een daling in 2013, evolueerde de werkgelegenheid tijdens de afgelopen twee jaar opnieuw in stijgende lijn. Gezien de relatief stabiele economische groei, wordt de dynamiek van de werkgelegenheid en van de productiviteit tijdens de projectieperiode vooral bepaald door de evolutie van de arbeidskosten. Maatregelen gericht op het beperken van de arbeidskosten zorgen ervoor dat de werkgelegenheidsgroei ondersteund wordt tijdens de periodes 2016-2017 en 2020-2021, terwijl de tussenliggende jaren gekenmerkt worden door een zwakkere werkgelegenheidstoename. De werkgelegenheidsgraad (20-64 jaar) neemt geleidelijk toe tijdens de projectieperiode, maar zou ruim onder de doelstelling uit de EU2020 strategie (73,2% in 2020) blijven. Ondanks een werkgelegenheidstoename van meer dan 30 000 personen per jaar zou de werkloosheidsgraad (definitie FPB) zich nagenoeg stabiliseren tot 2019 en pas nadien een uitgesproken daling inzetten. Tijdens de eerste jaren van de projectieperiode kent het arbeidsaanbod (de beroepsbevolking) immers een dynamischer verloop (zie paragraaf 2.2).

Tijdens de voorbije jaren werd de inflatie sterk neerwaarts beïnvloed door de daling van de energieprijzen. In 2015 en 2016 wordt die invloed deels tenietgedaan door o.a. de verhoging van de btw-voet op elektriciteit en enkele accijnsverhogingen. Vanaf 2017 zou de olieprijs op jaarbasis, na een jarenlange daling, opnieuw geleidelijk toenemen. De onderliggende inflatie blijft echter beperkt o.m. dankzij maatregelen die de groei van de arbeidskosten beperken. Daardoor zou de inflatie gemiddeld slechts 1,6% bedragen tijdens de periode 2017-2021.

Het netto financieringssaldo van de gezamenlijke overheid zou geleidelijk afnemen, van 2,9% van het bbp in 2016 tot 1,6% in 2021. Ondanks die gunstige evolutie zou de doelstelling van een structureel begrotingsevenwicht voor de gezamenlijke overheid tegen 2018, zoals bepaald in het kader van het Stabiliteitsprogramma van april 2015, zonder bijkomende maatregelen niet gerespecteerd worden en zou de overheidsschuld in % van het bbp afnemen, maar nog steeds meer dan 100% bedragen.

  Verwante documenten

    None

  Beschikbare gegevens

None

Please do not visit, its a trap for bots