Page Title

De instelling

Het Federaal Planbureau (FPB) is een onafhankelijke instelling van openbaar nut. Het maakt studies en vooruitzichten over economische, sociale en milieubeleidskwesties. Ook wordt de integratie van die beleidskwesties in een context van duurzame ontwikkeling bestudeerd.

Michel Saintrain

Michel Saintrain is econoom, adjunct verantwoordelijke van de Algemene Directie en coördinator van de equipe Overheidsfinanciën. Zijn interesse gaat meer bepaald uit naar macrobudgettaire problematieken en kwesties inzake budgettair federalisme en de houdbaarheid van de overheidsfinanciën.

 

Contactgegevens

  •  
  •   02/507.74.57

Equipes

  • Overheidsfinanciën (Coördinator)
  • Algemene Directie
  • Nieuw begrotingskader voorgesteld door de Europese Commissie: welk traject voor de Belgische overheidsfinanciën?

    Op 9 november 2022 heeft de Europese Commissie haar voorstel voor een hervorming van het kader voor het begrotingstoezicht van de lidstaten bekendgemaakt. Het voorgestelde nieuwe kader is gebaseerd op de schuldhoudbaarheidrisico’s. Voor België, dat in het bijzonder aan deze risico's is blootgesteld, zou het een snelle en verregaande begrotingsconsolidatie inhouden en niet minder veeleisend zijn dan de regels die voorheen van kracht waren en sinds de coronacrisis zijn opgeschort. Het voorstel is nog niet goedgekeurd en er moet nog met de lidstaten over worden onderhandeld.

    REP_12769 [26/01/2023]
  • Macro-economische en budgettaire effecten van het ontwerp van nationaal plan voor herstel en veerkracht - Rapport aan de staatssecretaris voor Relance en Strategische Investeringen

    Het nationaal plan voor herstel en veerkracht geeft aan hoe de Europese dotatie van 5,925 miljard euro in het kader van de gelijknamige faciliteit zal worden aangewend. Het grootste deel van het Belgische plan, nl. 88 %, is rechtstreeks bestemd voor de toename van de kapitaalvoorraad van de Belgische economie, via overheidsinvesteringen en steun voor investeringen in de privésector. Op korte termijn, op het hoogtepunt van het relance-effect van het plan, zou de toename van de economische activiteit 0,2 % bedragen in vergelijking met een scenario zonder plan. Hoewel de impuls tijdelijk is, zijn er langetermijneffecten door de toename van de kapitaalvoorraad van de overheid en de steun voor O&O-activiteiten die de rendabiliteit van de kapitaalvoorraad van de ondernemingen verbeteren en de accumulatie ervan aanmoedigen. Tegen 2040 zou het bbp nog steeds 0,1 % boven het groeitraject zonder plan liggen. Deze raming houdt geen rekening met het hervormingsluik van het plan, noch met de bredere relance-, investerings- en hervormingsplannen die door de gewesten en de federale regering zijn aangekondigd, noch met het effect van buitenlandse plannen op de Belgische economie. 

    REP 12401 [28/04/2021]
  • Twintig jaar beleid rond houdbare Belgische overheidsfinanciën - Van een strategie gericht op de voorfinanciering van vergrijzingskosten naar een beleid van hervormingen van het socio-economisch model

    Het Zilverfonds dat in 2001 is opgericht als instrument om de houdbaarheid van de overheidsfinanciën op lange termijn te verzekeren werd in 2016 afgeschaft. De afschaffing ervan symboliseert de overgang van een voorfinancieringsstrategie van de vergrijzingskosten, die in het begin van de jaren 2000 domi-nant was, naar een strategie die hoofdzakelijk gestoeld is op hervormingen van het socio-economische model, die opgestart is na de grote crisis en de afgelopen jaren is versterkt. Deze Planning Paper be-schrijft de economische en institutionele factoren die aan de basis liggen van deze heroriëntering van het houdbaarheidsbeleid, alsook de rol van de verschillende actoren: uiteraard de regeringen, maar ook de Hoge Raad van Financiën, de Europese autoriteiten en het Federaal Planbureau, dat de afgelopen 25 jaar analyses en ramingen op lange termijn heeft gemaakt die het gevoerde beleid hebben weerspiegeld en vormgegeven.

    Planning paper 117 [28/02/2019]
  • Een gestileerde macrobudgettaire benadering om trajecten voor de overheidsfinanciën te simuleren - Enkele lessen voor het voeren van het begrotingsbeleid in een referentiekader uitgedrukt in structurele termen

    Deze studie presenteert een compact model waarmee op een gestileerde, maar dynamische manier kan worden nagedacht over de grote macrobudgettaire aggregaten die relevant zijn voor het vaststellen van de budgettaire trajecten die verenigbaar zijn met de eisen van het preventief luik van het Stabiliteits- en Groeipact inzake structurele vorderingensaldi. Uit de illustratieve simulaties kunnen enkele lessen worden getrokken voor het voeren van het begrotingsbeleid in een referentiekader in structurele termen. Die simulaties tonen onder meer dat – onder bepaalde voorwaarden m.b.t. de mate waarin de budgettaire aanpassingen een permanent effect hebben op de economische activiteit en dus op het potentieel bbp – wanneer geen rekening wordt gehouden met de terugverdieneffecten van de aanpassingen op het onderliggende macro-economische kader, dit nefast kan zijn voor de geloofwaardigheid van de beoogde structurele trajecten.

    Working Paper 05-17 [30/05/2017]
  • Netto-terugverdieneffecten voor de sociale zekerheid van de arbeidskostenverminderingen zoals beslist in het kader van de tax shift in de veronderstelling van een ex ante equivalente verhoging van de fiscale heffingen

    In antwoord op een vraag van het kabinet van de Eerste Minister raamt dit rapport de netto terugverdieneffecten van de arbeidskostenverminderingen zoals beslist in het kader van de tax shift in de veronderstelling van een ex ante equivalente verhoging van de fiscale druk.

    REP 11301 [28/07/2016]
  • La modélisation de l’impôt des personnes physiques dans les modèles macroéconomiques de court et moyen terme du BFP - Adaptation des modèles suite à la 6e réforme de l’État et au SEC2010

    Met de zesde staatshervorming is een deel van de personenbelasting overgeheveld naar de gewesten. Bovendien worden in ESR2010 bepaalde fiscale uitgaven die in ESR95 gedeeltelijk verrekend werden als negatieve ontvangsten verrekend als overheidsuitgaven. Die aanpassingen rechtvaardigen een herziening van de modellering van de personenbelasting, zowel voor de korte- en middellangetermijnprojecties van het FPB als voor de impactstudies. In het nieuwe model wordt een onderscheid gemaakt tussen de ‘voorgeheven’ belasting (bedrijfsvoorheffing en voorafbetalingen) en de ‘ingekohierde’ belasting (die het verschuldigde bedrag voor de regionale en lokale opcentiemen bepaalt). Hierdoor wordt de samenhang met de macro-economie verbeterd en wordt er expliciet rekening gehouden met het ritme van de inkohieringen.

    Working Paper 04-16 [24/03/2016]
  • Une méthode d’estimation des composantes cyclique et structurelle de la variation du taux d’endettement

    Deze studie presenteert een methode om de jaarlijkse verandering van de schuldgraad in drie componenten op te splitsen: een cyclische, een structurele en een eenmalige component. Dit maakt het mogelijk om de structurele voorwaarden voor een positief of negatief sneeuwbaleffect te identificeren. Uit de studie blijkt dat de cyclische component van de wijziging van de schuldgraad belangrijk kan zijn en, naargelang van het jaar, het structureel karakter van de endogene wijziging van de schuld gedeeltelijk kan verbergen. De methode wijkt af van de ramingsmethode van de voor conjunctuurinvloeden gecorrigeerde schuld van de Europese Commissie. In vergelijking met die laatste, wordt een cyclische component geraamd die sterker gecorreleerd is met het niveau en de variatie van de output gap. Tot slot bespreekt de studie de wenselijkheid en de mogelijkheid om in deze benadering rekening te houden met een evenwichtsniveau voor de inflatie en voor de rentevoet.

    Working Paper 08-15 [30/10/2015]
  • Economische vooruitzichten 2015-2020

    De ‘Economische vooruitzichten 2015-2020’ kondigen een groeiherstel van de Belgische economie aan. Die groei is nog relatief bescheiden (gemiddeld 1,5 % per jaar), maar zou gepaard gaan met een vrij sterke werkgelegenheidsgroei (gemiddeld bijna 34 000 jobs per jaar). Het economisch gewicht van de gezamenlijke overheid zou afnemen, o.m. in termen van werkgelegenheid, en samen met de daling van de rentelasten bijdragen tot de aanzienlijke vermindering van het overheidstekort, dat 1,1 % van het bbp zou bedragen in 2020.

    Economic outlook 2015-2020 [12/05/2015]
  • Economische vooruitzichten 2015-2020 Versie van maart 2015

    Dit rapport vormt een bijdrage tot de voorbereiding van het nieuwe Stabiliteitsprogramma en van het nieuwe Nationaal Hervormingsprogramma (NHP). Het vermeldt de voornaamste resultaten van de voorlopige versie van de “Economische vooruitzichten 2015-2020” die in mei 2015 gepubliceerd zullen worden.

     

    Economic outlook 2015-2020 0 [19/03/2015]
  • La 6e réforme de l'État : enjeux en termes de soutenabilité budgétaire

    De staatshervorming wordt uitgewerkt op een moment dat belangrijke budgettaire consolideringsmaatregelen nodig zijn om de houdbaarheid van de Belgische overheidsfinanciën op lange termijn te herstellen. Het institutioneel akkoord van 2011 koppelt de hervorming aan een bijdrage van de gefedereerde entiteiten in de budgettaire consolidering. Een dergelijke bijdrage kan worden gemotiveerd door het feit dat de hervorming, door de budgettaire omvang van het federaal niveau te verminderen, zijn beweegruimte en vermogen om het houdbaarheidsprobleem alleen op te lossen, beperkt. De grootte van de bijdrage die nodig is om te vermijden dat die uitdaging moeilijker wordt, wordt geëvalueerd en vergeleken met de herverdeling van het overheidstekort ten gevolge van de hervorming. De analyse is gebaseerd op een scenario van ongewijzigd beleid en gaat uit van verschillende hypothesen inzake de levensduur van de hervorming. De evaluatie toont aan dat de lastenoverdracht naar de deelstaten a priori volstaat om het houdbaarheidsprobleem niet te vergroten, rekening houdend met de beperktere budgettaire omvang van het federaal niveau. De budgettaire omvang en de bevoegdheden van de deelstaten zijn toegenomen, maar de deelstaten zullen een significant deel van het herstel van de houdbaarheid van de overheidsfinanciën op zich moeten nemen.

    Working Paper 01-14 [10/01/2014]
  • Contribution au 20e Congrès des Economistes belges de langue française - La 6e réforme de l'Etat : enjeux en termes de soutenabilité budgétaire

    SP131121_01 [21/11/2013]
  • Economische vooruitzichten 2012-2017

    Economic outlook 2012-2017 [14/05/2012]
  • De elasticiteit van de personenbelasting - Prospectieve macro-economische benadering van de nationale elasticiteit en van de elasticiteit van een geregionaliseerde personenbelasting

    Deze Working Paper onderzoekt de elasticiteit en de progressiviteit van de personenbelasting. Beide begrippen belichten hetzelfde onderwerp maar vanuit een verschillende invalshoek: de elasticiteit hanteert een temporele optiek, de progressiviteit een cross-sectionele optiek. De progressiviteit wordt hier geraamd op basis van de verdelingsstatistieken van de belastbare inkomens en de belastingen. Er wordt daarnaast een methode voorgesteld om de negatieve verhouding tussen de progressiviteit en de inkomensgroei te ramen. Retrospectief verklaart die verhouding mede de evolutie van de progressiviteit tijdens de voorbije decennia. Prospectief kan zij worden gebruikt om, bij ongewijzigd beleid, een evolutie van de elasticiteit te projecteren, anders dan de hypothese van constante elasticiteit die typisch is voor de korte- en middellangetermijnmodellen of de unitaire elasticiteit die typisch is voor de langetermijnmodellen. In die context wordt ook de impact van het hogere aandeel van de pensioenen in de belastbare basis op de progressiviteit in rekening gebracht. Deze Working Paper gaat eveneens in op de wijze van regionalisering van de personenbelasting die in het kader van het Institutioneel Akkoord van 2011 voor de zesde Staatshervorming werd goedgekeurd. In het bijzonder wordt aangetoond hoe de behandeling van elementen van het belastingstelsel met een forfaitaire dimensie (belastingvrije som, belastingverminderingen) en elementen met een progressieve dimensie (barema) een invloed heeft op de specifieke elasticiteit van het gewestelijk en het federaal gedeelte van de belastingen.

    Working Paper 01-12 [15/03/2012]
  • Economische vooruitzichten 2011-2016

    Economic outlook 2011-2016 [12/05/2011]
  • Herziening van het Belgisch federalisme en budgettaire houdbaarheid : belangrijke implicaties

    In België heeft de crisis, net zoals in andere landen, het risico doen toenemen dat de houdbaarheid van de overheidsfinanciën in het gedrang komt[1]: de stijging van het structureel tekort, de toename van de schuld en de aanzienlijke kosten van de vergrijzing maken een beleid dat de houdbaarheid van de overheidsfinanciën herstelt noodzakelijk. In deze studie onderzoekt het FPB de mogelijke gevolgen van de herziening van het Belgisch budgettair federalisme[2], die nu op tafel ligt, voor het opzetten van een dergelijk beleid.


    [1]Onhoudbaarheid van de overheidsfinanciën: situatie waarin, in afwezigheid van budgettaire saneringen of hervormingen, de publieke schuldgraad in de toekomst buitensporig dreigt toe te nemen.

    [2]Budgettair federalisme: verdeling van de budgettaire en fiscale bevoegdheden en de financiële middelen tussen de verschillende beleidsniveaus.

    Article 20110324 [24/03/2011]
  • Herziening van het Belgisch budgettair federalisme: vragen omtrent de budgettaire houdbaarheid en omtrent budgettair beleid en economische cyclus

    Deze Working Paper bestudeert twee van de vragen omtrent het begrotingsbeleid die in overweging moeten worden genomen in het kader van een herziening van het Belgisch federalisme, in het bijzonder van de financieringswet. Een eerste vraag handelt over de budgettaire houdbaarheid: in welke mate zou een beperking van de fiscale bevoegdheden en de budgettaire omvang van de federale overheid gepaard moeten gaan met een overname van een deel van haar deficit, haar schuld of de kosten van de vergrijzing door de deelgebieden om het probleem van haar budgettaire houdbaarheid niet te verergeren? Nadien volgt een vraag omtrent budgettair beleid en economische cyclus: hoe zou de blootstelling van de verschillende beleidsniveaus aan de cycliciteit van de ontvangsten wijzigen bij de overgang van een systeem dat voornamelijk berust op dotaties naar directe, eigen fiscale ontvangsten?

    Working Paper 23-10 [24/11/2010]
  • Economische vooruitzichten 2010-2015

    Economic outlook 2010-2015 [19/05/2010]
  • Stratégie de soutenabilité budgétaire : évaluation critique et options envisageables

    Contribution à la demi-journée d’étude du 29 juin 2009 de l’Institut belge des finances publiques intitulée « Après la crise : quelles nouvelles stratégies pour faire face au coût budgétaire du vieillissement ? ».

    SP090629_01 [29/06/2009]
  • Economische vooruitzichten 2009-2014

    Economic outlook 2009-2014 [20/05/2009]
  • De financiering van de sociale zekerheid op lange termijn en haar gevolgen op de financiën van de federale overheid

    Deze studie behandelt de gevolgen van de verschillende financieringsmechanismen van de sociale zekerheid op de financiële houdbaarheid van de sociale zekerheid, de federale en de gezamenlijke overheid op lange termijn, rekening houdend met de verwachte budgettaire kosten van de vergrijzing. Onder die mechanismen spelen het Zilverfonds en de aanvullende alternatieve financiering van de gezondheidszorguitgaven een centrale rol. Er worden twee scenario’s gepresenteerd met betrekking tot het begrotingsbeleid. Het eerste scenario is er een bij ongewijzigd beleid. Het tweede is een genormeerd scenario waarin de vorderingensaldi van de subsectoren, vooropgesteld in het Stabiliteitsprogramma 2008-2011, en het begrotingstraject op lange termijn aanbevolen door de Hoge Raad van Financiën in haar advies van maart 2007, zouden gerealiseerd worden. De macro-economische perspectieven op middellange en lange termijn die aan beide scenario’s ten grondslag liggen, houden geen rekening met de mogelijke gevolgen van de huidige sterke vertraging van de economische groei.

    Working Paper 24-08 [23/12/2008]
  • Economische vooruitzichten 2008-2013

    Economic outlook 2008-2013 [21/05/2008]
  • Budget surpluses to face population ageing: the reality and the prospects

    The Working Paper looks at the strategy that has been implemented in Belgium since the beginning of the decade to finance the future increase in public spending due to population ageing. This strategy is laid down in the Stability Programmes and in the Ageing Act and is supported by a broad social and political consensus. It implies building up budget surpluses, which has not been done so far. The paper analyses the long-term effects of such a situation, for example as regards the trade-off between the various policies that could be implemented to face the budgetary challenges posed by ageing populations.

    Article 2008030702 [07/03/2008]
  • Begrotingsoverschotten opbouwen om de vergrijzing in België aan te pakken: realiteit en verkenningen

    De overheidsfinanciën in België bevinden zich vandaag in een minder gunstige situatie in vergelijking met het begin van de jaren 2000 om de budgettaire uitdagingen van de vergrijzing aan te gaan, ondanks het bestaan van het Zilverfonds. Die achteruitgang in de toestand van de financiële houdbaarheid is niet zozeer het gevolg van de opwaartse herzieningen van de budgettaire kosten van de vergrijzing op lange termijn, maar vooral van het begrotingsbeleid dat in de voorbije twee regeerperiodes werd gevoerd: sinds 2000 wordt de daling van de rentelasten aangewend om een structurele daling van de ontvangsten en stijging van de uitgaven te financieren, en dus niet opgespaard om de toekomstige kosten van de vergrijzing op te vangen. De strategie die reeds verschillende jaren door de Hoge Raad van Financiën wordt aanbevolen, namelijk een voorfinanciering van de budgettaire kosten van de vergrijzing, wordt dus niet effectief toegepast, ondanks de ruime sociaal ‐ politieke consensus die daarover bestaat. Om die strategie van voorfinanciering vandaag in de praktijk om te zetten, dient het begrotingsbeleid een andere weg in te slaan en een duidelijk meer restrictieve koers te varen. Zo niet zal ofwel de financieringslast van de vergrijzingskosten overgedragen worden op de toekomstige generaties ofwel zouden er hervormingen kunnen plaatsvinden met het oog op het verminderen van de budgettaire kosten van de vergrijzing zelf om de houdbaarheid van de overheidsfinanciën te herstellen.

    Working Paper 05-08 [29/02/2008]
  • Economische vooruitzichten 2007-2012

    Economic outlook 2007-2012 [11/05/2007]
  • Het Europese begrotingscompromis van december 2005 / Financiële impact voor België en de andere lidstaten

    Après le compromis intervenu au Conseil européen de décembre 2005, le Parlement européen a finalement approuvé, ce 17 mai 2006, le budget européen pour les sept prochaines années (les Perspectives financières 2007-2013).

    Une publication rassemble, à l’initiative du Bureau fédéral du Plan, les analyses effectuées durant la période des négociations par des experts de la Région wallonne, de la Région flamande et du Bureau fédéral du Plan, qui ont apporté leur soutien technique aux négociateurs belges.

    Cette publication dresse le bilan des négociations communautaires sur les Perspectives financières et détaille les résultats du compromis, en examinant de près ses implications financières pour la Belgique.

    Working Paper 03-06 [01/06/2006]
  • Economische vooruitzichten 2006-2011

    Economic outlook 2006-2011 [19/05/2006]
  • Economische vooruitzichten 2005-2010

    Economic outlook 2005-2010 [26/05/2005]
  • Budgettaire kost van een werkloze 1987 - 2002

    Toen in de loop van de jaren ’70 de werkloosheidscijfers in de meeste industrielanden hoog opliepen, werden talrijke studies gewijd aan de kosten die dit fenomeen met zich meebrengt voor het individu, de overheid, de economie en de gemeenschap.

    Planning Paper 96 [22/10/2004]
  • Modellering op kwartaalbasis van de BTW-ontvangsten in Modtrim II

    Deze paper beschrijft de modellering van de btw-ontvangsten in het kwartaalmodel Modtrim II. In een eerste hoofdstuk worden de voornaamste kenmerken van het btw-regime en de inningsmodaliteiten in herinnering gebracht. Vervolgens worden het verloop van de impliciete btw-voet en de belangrijkste determinanten onderzocht. Een derde hoofdstuk is gewijd aan de timing en de amplitude van de cycli van de bruto btw-ontvangsten, de restituties en de bijhorende macro-economische grootheden. De eigenlijke modellering, bestaande uit een lange- en kortetermijnvergelijking, wordt voorgesteld in het vierde hoofdstuk, waarna simulaties buiten sample worden becommentarieerd. In het zesde en laatste hoofdstuk wordt aan de hand van een volledige modelsimulatie onderzocht hoe btw-ontvangsten reageren op vraagschokken.

    Working Paper 14-04 [01/06/2004]
  • Economische vooruitzichten 2004-2009

    Economic outlook 2004-2009 [17/05/2004]
  • TIC, nouveaux standards transactionnels et fiscalité - Défis et perspectives

    La global information infrastructure est née de la rencontre des technologies de l’information et de la communication (tic). Il s’agit d’un système de réseaux numériques à l’échelle mondiale, flexible et ouvert (tout objet doté d’un microprocesseur peut s’y connecter et créer des passerelles), décentralisé et coopératif (absence d’un dispositif central de contrôle et de gestion) et véhiculant une matière parfaitement homogène (des impulsions électriques) mais constitutive d’objets de nature extrêmement variée (biens intangibles, informations et services divers, monnaie, etc.).

    Working Paper 15-03 [27/09/2003]
  • Economische vooruitzichten 2003-2008

    Economic outlook 2003-2008 [26/05/2003]
  • Economische vooruitzichten 2002-2007

    Economic outlook 2002-2007 [06/06/2002]
  • Verkenning van de financiële evolutie van de sociale zekerheid 2000 - 2050 : De vergrijzing en de leefbaarheid van het wettelijk pensioensysteem

    Het probleem van de financiële houdbaarheid op lange termijn van de wettelijke pensioenstelsels dook op in het Belgisch sociaal-politieke debat aan het einde van de jaren 80. De verschillende beleidsmaatregelen voor pensioenen, die tijdens de voorafgaande periode werden doorgevoerd, wijzen erop dat die bekommernis vroeger ofwel niet bestond, ofwel ondergeschikt was aan dwingende kortetermijnprioriteiten.

    Planning Paper 91 [28/03/2002]
  • Economische vooruitzichten 2001-2006

    Economic Outlook 2001-2006 [15/05/2001]
  • La réforme de l’impôt des personnes physiques - Effets macroéconomiques, budgétaires, et sur la pression fiscale

    Working Paper 01-01 [15/01/2001]
  • Economische vooruitzichten 2000-2005

    Economic Outlook 2000-2005 [15/05/2000]
  • Economische vooruitzichten 1999-2004

    Economic Outlook 1999-2004 [15/04/1999]
  • Macro-economische en budgettaire effecten van een BTW-verlaging op bepaalde

    Working Paper 06-98 [15/07/1998]
  • Economische vooruitzichten 1998-2003

    Economic Outlook 1998-2003 [15/04/1998]
  • L’impôt des personnes physiques en belgique : une analyse macroéconomique

    Working Paper 01-98 [15/04/1998]
  • Economische en budgettaire effecten van een BTW-verlaging op nieuwe particuliere woningen

    Working Paper 02-98 [15/04/1998]
  • Budgettaire kost van een werkloze, van 1983 tot 1997

    Toen in de loop van de jaren ’70 de werkloosheidscijfers in de meeste industrielanden hoog opliepen, werden talrijke studies gewijd aan de kosten die dit fenomeen met zich meebrengt voor het individu, de overheid, de economie en de gemeenschap.

    Planning Paper 79 [01/09/1997]
  • Economische vooruitzichten 1997-2001

    Economic Outlook 1997-2001 [15/04/1997]
  • Ontwikkeling van buurtdiensten - Bakens voor een debat

    Buurtdiensten / Services de proximité [15/06/1996]
  • Réflexions sur un dispositif de développement des services de proximité

    Planning Paper 77 [01/03/1996]
  • Simulaties betreffende een vermindering van de werkgeversbijdragen voor de sociale zekerheid en vormen van alternatieve financiering

    Planning Paper 75 [15/12/1995]
  • Le chèque-service obligatoire - Analyse macroéconomique d'une politique de réorientation, volontariste et subventionnée, de la consommation des ménages en faveur des services de proximité

    Planning Paper 72 [02/01/1995]
  • Répercussions macroéconomiques et budgétaires d'un relèvement du taux du précompte mobilier sur intérêts à 15% dans le cadre d'une harmonisation européenne de la fiscalité de l'épargne à revenus fixes

    Planning Paper 69 [01/06/1994]
  • Structure des prélèvements obligatoires et emploi - Aspects macroéconomiques des liens et des possibilités d'intervention

    Planning Paper 71 [01/04/1994]
Please do not visit, its a trap for bots